HET HUWLIJK
De broodnodige afwisseling (Deel 4)

We hebben inmiddels een zeer licht en sterk frame, het beste model versnellingsbak op de markt en een droom van een motorblok. Van het frame hebben we het balhoofd dicht gemaakt door er een plaat in te lassen en we hebben het geheel gepowdercoated. Het wordt nu tijd om deze onderdelen eens in het huwlijk te laten treden en er één geheel van te maken. Zoals we in het vorige artikel al vermeld hebben, is het enige dat aan het RevTech motorblok ontbreekt een dynamo. Hiervoor moeten we eerst onze keuze bepalen en daarna kunnen we het blok en de versnellingsbak aan elkaar koppelen en definitief in het frame hangen. Overigens hebben we op de vorige artikelen veel leuke reacties gehad en is gebleken dat de overdrive van de zes-versnellingsbak een interessante optie is voor veel rijders die met hun motor met een zekere regelmaat lange stukken rijden.

De dynamo
De reden dat er standaard geen dynamo op het blok gemonteerd is, is volgens Custom Chrome dat de wensen van de diverse klanten hierbij zeer ver uiteen lopen. De kan wel kloppen; de mogelijkheden zijn hierbij haast onbeperkt. De H-D fabrieken zijn in 1970, toen de eerste wisselstroomdynamo’s uitkwamen, begonnen werd met een dynamo van 15 Ampére. In 1976 maakte deze plaats voor een model van 17,8 Ampére, in 1981 werd dit 22 Ampére en in 1989 ging men over op een model van 32 Ampére. Deze laatste dynamo’s zijn verreweg de beste keus. Je hebt altijd voldoende spanning in je accu en hierdoor verloopt het starten een stuk prettiger. We hebben inmiddels al veel oudere modellen H-D’s uitgerust met een moderne dynamo (alleen even de stator en de spanningsregelaar vervangen) en de klanten zijn hierover unaniem razend enthousiast. Zelfs als je regelmatig korte ritten maakt, is de accu altijd vol genoeg om een vlotte start te garenderen. De originele dynamorotors van de H-D fabrieken hebben echter wat minpuntjes. Ten eerste is de vertanding waarmee de dynamo op de krukas komt zwak uitgevoerd, hetgeen vooral bij snelle rijders nog al eens tot gevolg heeft dat deze onherstelbaar beschadigd wordt. Een tweede probleem is het loskomen van de magneten. Deze magneten zitten in de rotor gelijmd en hebben de neiging om los te komen, met alle gevolgen van dien. Er zijn diverse after-market leveranciers die deze twee punten verbeterd hebben en waarvan de bevestiging van de magneten veel sterker is. Op de dynamostator en de spanningsregelaar van H-D is niets aan te merken, maar kies voor de rotor bij voorkeur van een beter merk. In ons geval kiezen we voor een 32 Ampére kit van het merk Spyke. De rotor van Spyke heeft een lekker breed vlak op de vertanding en de magneten zitten in een vaste ring in de rotor verankerd. Spyke levert gewoon beregoed materiaal voor een zeer schappelijke prijs. Overigens is de rotor ook los te koop, dus als je problemen hebt met je originele H-D, gewoon een model van Spyke monteren. Nog even een interessante tip: Spyke levert een complete dynamokit. Je kunt echter ook alle onderdelen los kopen. De grap is nu dat de losse onderdelen aanmerkelijk goedkoper zijn dan de complete kit!

Het blok gaat aan de bak
Na montage van de dynamo gaan we het motorblok aan de versnellingsbak vastzetten. Het voordeel van de constructie van de FXR is dat de montage verschrikkelijk eenvoudig is. Je zet het motorblok op de werkbank en je schuift de versnellingsbak er aan de achterzijde onder. Met twee bouten zet je de boel aan elkaar vast. Zet deze bouten “net aan” een draai ze nog niet definitief vast. Hierna monteren we de duplexkast op het blok en de bak. Omdat door de speling op de bouten het blok en de bak nog een beetje ten opzichte van elkaar kunnen bewegen, bepaald deze duplexkast de werkelijke stand ten opzichte van elkaar. Als we de duplexkast definitief bevestigd hebben aan het motorblok en de versnellingsbak, halen we voorzichtig één voor één de bouten los die het blok en de bak verbinden. Als we een bout eruit hebben doen we er een drupje Locktite op en monteren hem daarna definitief en zetten hem goed vast. Het binnenwerk van de duplexkast monteren we nog niet om het geheel zo licht mogelijk te houden en dus hanteerbaarder.
Nog even een pikant detail: Door de Euro zijn de prijzen van de diverse leveranciers een stuk overzichtelijke geworden. Je kunt tegenwoordig eenvoudig de prijzen in Holland vergelijken met leveranciers uit het buitenland. Wij kozen in ons geval voor een duplexkast van het merk Dekron. Het bleek dat de prijs van deze kast zo’n 100 Euro verschilde tussen de duurste en de goedkoopste leverancier!

In het frame
Nu de versnellingsbak en het motorblok één geheel vormen, gaan we het hele handeltje in het frame hangen. Het eenvoudigst is om het blok en bak op zijn zijkant op de brug te leggen, met de koppelingskant naar onder, en het frame er eenvoudig overheen te laten zakken. Leg wel eerst een berg poetsdoeken op de brug om beschadigen te voorkomen. Hierna monteren we de voorste motorsteun met ophangrubber tussen het frame en het blok. De achterbrug schuiven we over het ophangoog aan de achterzijde van de bak en we steken de achterbrugas er doorheen. Hierna wordt het even oppassen. We moeten namelijk de boel rechtop gaan zetten, maar het blok hangt nog half los. Het best kun je zoveel mogelijk poetsdoeken tussen het frame en de versnellingsbak proppen en daarna met twee man de boel rechtop zetten. Op de achterbrugas kunnen hierna eenvoudig de ophangrubbers en plastic ringen gemonteerd worden, waarna de blokken waarmee alles in het frame hangt bevestigd kunnen worden. Onze keus valt natuurlijk op een mooi setje aluminium ophangblokken, die originele gietijzeren dingen die H-D gebruikt op de rubbermount modellen zien er tenslotte niet uit. Let er bij montage wel op dat de kleine borgpennetjes van de ophangblokken netjes in de daarvoor bestemde gaatjes van de ophangrubbers vallen. Ik vind het altijd weer prachtig bij de constructie van de FXR’s dat je het ene moment een kaal frame hebt en dat er een uurtje sleutelen later ineens een compleet middenstuk van een motor staat.

Het afbouwen
Nu het boeltje vasthangt in het frame kunnen we de cilinderbrug monteren (wij kiezen voor een fraai roestvrijstalen model) en het bovenste- en voorste stel-oog waarmee alles vast zit in het frame. Met het definitief afstellen van de stel-ogen moeten we nog even wachten tot de gehele motor op zijn “poten” staat.

De volgende keer
Het hart van onze projectbike is nu gereed. De volgende aflevering gaan we aan de gang met de olietank, het achterspatbord en het achterwiel. Henk heeft een bijzonder drukke werkkring en kan om die reden alleen op zaterdag aan zijn motorfiets te werken. Gelukkig heeft het project niet zo’n haast omdat Henk ook nog een originele Wide Glide uit 1985 bezit waar hij zo op kan springen om een eind te rijden.
De Revtechkist die om het motorblok zat heeft inmiddels een plaatsje in het kantoor van Henk gekregen en fungeert nu als “etalage” voor zijn miniatuur modellen.